Lekker Boertjes kijken in de Verboden Stad in Beijing
Gepubliceerd op zaterdag 12 februari 2011 door Tycho
De Verboden Stad in Beijing werk als een magneet op Chinese boertjes. Van het hele platteland komen ze per trein of bus naar de oude gebouwtjes kijken. De boertjes praten rare taaltjes, dragen vreemde kleren, zijn ongemanierd en stinken verschrikkelijk. Net van het dorp in de grote stad kijken zij vaak verdwaast en verward uit hun ogen.
De boertjes mogen niet alleen de Verboden Stad binnen, en ook geen andere grote bezienswaardigheden in Beijing. De boertjes mogen slechts binnen met een speciaal getrainde gids die een paar woorden van het boerentaaltje spreken kan, zo van: ‘ho!’, ‘nee!’, ‘kom terug!’.
De boertjes krijgen ieder een gekleurd petje op en een kaart met hun naam rond hun nek. De gids draagt een grote vlag in dezelfde kleur als de petjes en een micorfoon aangesloten op een draagbare luidspreker. Op achtergrond plaat de Tiananmen-poort.
Op mooie zomerdagen stikt het van de boergroepen in de Verboden Stad, veel meer groepen dan er kleuren zijn waardoor boertjes soms niet meer weten bij welke groep zij horen, een goede gids weet zulke problemen op te lossen. Op mooie zomerdagen kan de gewone toerist beter niet naar de wc gaan, de boertjes zijn in staat het plafond onder te schijten en te zeiken terwijl ze op hun hurken zitten te roken recht boven het gat.
De gids drijf haar groepje, de gidsen zijn meest neukgrage meisjes rond de 25, in ongeveer een uur door de Verboden Stad. Een normaal toerist doet de boel in twee uur. Grijze 65 plussers uit Denemarken op sandalen met een duimendik reisboek in drie. De boertjes gaan dus in een ras tempo en moeten zo veel verwerken in korte tijd. Dat zijn zij niet gewend op’t platteland waar alles immer hetzelfde is. De boertjes zijn ’s avonds dus heel moe en gaan vroeg naar bedje toe.
De boertjes op de platen kwamen uit de boerprovincie Anhui. Anhui yeah!